Als je werkt, maar nog niet boven bijstandsniveau verdient, kun je aangevuld worden door de gemeente. Dat heet “aanvullende bijstand”. Je vult dan een zogenaamde “persoonlijke verklaring” in, waarin je laat weten wat je hebt verdiend in een bepaalde maand. De gemeente verrekent en vult aan met de uitkering van de opvolgende maand.

Voorbeeld (laten we even voor het rekengemak stellen dat de bijstand 900 euro is): je hebt 200 verdiend in januari. Eind februari zal je de aanvullende bijstand gestort krijgen. Dat is de volledige uitkering 900-200 verdiend salaris =700. In deze rekensom krijg je eind februari dus 700.

Lastiger wordt het, als je per 4 weken salaris krijgt. Omdat de gemeente maandelijks betaalt, wordt er een correctie verrekening toegepast.

Voorbeeld (stel je verdient 200 per 4 weken): Dat is omgerekend 216,66 per maand. De omrekensom is: 200 x 13 betaalperiodes (13 x 4 weken is 52 weken/een jaar): 12 maanden= 216,66 per maand.

De gemeente verrekent dan dus 900-216,66=683,34. Nu krijg je in februari dus minder, dan als je een maandsalaris zou hebben. Daar staat tegenover, dat de dertiende betaalperiode niet meer verrekend wordt. Hier is met de correctieberekening dan al rekening mee gehouden.

Prima mee te leven, maar goed om te weten.